1.3.08

Dienstbare Mafia

Wellicht komen na 21 maart enige federale interimarissen op de keien terecht. Dit is voor het tijdelijk bestuur geen reden om enig mededogen te hebben met foefelaars die met bedrieglijke papieren de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening - RVA - tot de broodnodige solidariteit manen. De gazetten menen dat de Belgische staat door nepfirma's voor 30 miljoen euro wordt opgelicht en dat daardoor minstens 10 000 mensen ten onrechte uitkeringen ontvangen van de Belgische staat.
Sinds de de paarse begrotingsgoochelaars de rekenkunde door babbelkunde vervingen is er weinig veranderd: 30 miljoen gedeeld door 10 000 is 3000. Drieduizend euro zijn 120 000 harde franken of ongeveer vier maal het leefloon voor een maand. Aan de RVA kosten 10 000 mensen dus minstens honderd miljoen euro per jaar. Maar zelfs dat is tegenwoordig een peulschil. Leg er 200 miljoen euro bovenop, en in Luik Guillemins is het nieuwste treinstation ermee betaald. Indien 30 € per Belg besteed wordt aan een megalomaan station, indien iedere Belg respectievelijk 60 € en 26 € voor een even megalomaan gerechtsgebouw in Antwerpen en een in Gent mocht afdokken, waarom zich dan bekommeren om povere 30 miljoen euro, (zij het rekenkundig jaarlijks 120 miljoen), of povere 3 € (zij het jaarlijks 12 € ) per Belg , terwijl die tenminste welbesteed wordt aan de RVA-solidariteit ?

De mafioso die voor ampel kleingeld duizende mensen: dompelaars, ongelukkigen of profiteurs, een vast maandinkomen bezorgen, die staan op geen loonlijst, zij hebben geen BTW-nummer, zij verkopen geen partijkaart, zij smeren niemand een lidkaart aan van enig syndicaat. En dat kan niet!
Toen Alexandra Coolen (Vlaams Belang, oei!) ooit voorstelde om thuisblijvende ouders een maandelijks vervanginkomen toe te kennen kon dat ook niet. Verderfelijk !

Wat kan dan wel?
Het OCMW, Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn, wordt lokaal georganiseerd en gefinancierd. Het sociale koken kost geld aan de dorpen en de steden. Daarbij komt dat niet iedere steuntrekker erin slaagt om met een leefloon de maand rond te krijgen. Pientere OCMW's weten beide problemen gelijktijdig op te lossen.

Zoals de particratie het verlangt, is het OCMW politiek bestukt. Dat maakt dat de dienstverlening er niet kleurloos hoeft te zijn. Mits voldoende wederzijds engagement kan een OCMW gelijkaardige dokumenten afleveren als die van de fraudeurs van de RVA-mafia, maar dan echte papieren, zonder voorafbetaling en toch buiten de wet.

Via dienstverlening stelt het OCMW volk te werk. Al dan niet langdurige werkwilligen krijgen een betaalde job in een dagverzorgingscentrum of in een tweedehandswinkel van het OCMW. Voor zover zo goed. Maar zodra een tewerkgestelde het vereiste aantal werkdagen bereikt heeft om recht te krijgen op stempelgeld, wordt hij ontslagen, willens nillens. Zulk voorop gezet spel kan een eerzame firma niet aan de lopende band organiseren.

De voormalige leefloner, de pro-stempelgeld tewerkgestelde valt na het ontslag - met voorbedachte rade -, ten laste van de RVA. Het OCMW spaart zich zo een leefloon uit. Vervolgens zal een volgende leefloner er de soep scheppen of de rekken vullen, zoveel en zo goed het kan, maar niet langer als totdat de wachttijd voorbij is.

Een aangepast stemgedrag is het minste wat men uit dank van de tijdelijke soepscheppers en rekkenvullers mag verwachten. Een onder valse voorwendsels opgedrongen aansluiting bij de vakbond hoort er eveneens bij. Door de vakbond zou de uitbetaling van de werklozensteun immers vlotter gebeuren dan door de overheidsdienst Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen. En zo verkrijgen achteraf de gekleurden van ABVV of ACW of ACLVB via lidgelden en staatssubsidies grotere bedragen dan de mafieuze nepbedrijfjes die de klus van de RVA-oplichting klaren zonder het medeplichten van dienstbare politici.

Labels: , ,